Eind juni presenteerde het kabinet het Klimaatakkkoord, na maandenlange onderhandelingen in vijf verschillende 'Klimaattafels'. Er was een tafel voor 'industrie', een voor 'gebouwde omgeving', voor 'electriciteit', 'mobiliteit' en voor 'landbouw en landgebruik'. Alle klimaatmaatregelen die Nederland in eigen land kan nemen, vallen wel zo'n beetje binnen al die klimaattafels. Maar Nederland heeft ook een enorme klimaatvoetafdruk buiten de grenzen. We zijn dus een klimaattafel vergeten: de Klimaattafel 'Internationaal'.
Beloon risicovol internationaal ondernemen in groen en stop met de hulp aan de internationale fossiele industrie
Het klimaat is ‘hot’. Iedereen praat erover. ‘Iedereen doet wat’ roept de overheid in haar recent gestarte publiekscampagne. Goed plan. Laten we echt wat doen. Te beginnen met een stop op onze ondersteuning van de internationale handel door onze eigen Nederlandse multinationals in fossiele energie. Een kans van 1,5 miljard euro waarmee we klimaatverandering op internationale schaal kunnen tegengaan en tegelijkertijd onze innovatieve ondernemers een impuls kunnen geven. Vandaag aan de Vergeten Klimaattafel gaat het over de kansen voor Nederland om echt impact te hebben. En die kansen zijn gigantisch. Want ons grote geld en onze invloed zit in het buitenland.
Nederland moet het voorbeeld van de VS en de EU volgen en fossiele financiering direct stoppen. Dat zeggen Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International.
Hoe wapenen lokale gemeenschappen zich tegen de gevolgen van klimaatverandering? En wat kunnen andere lokale gemeenschappen en beleidmakers van hen leren? Het Centre for Social Research and Development (CSRD), een Vietnamese organisatie waarmee Both ENDS veel samenwerkt, maakte een gemakkelijk leesbaar, praktisch handboekje waarin verscheidene lokale aanpassingsmethoden worden beschreven.
Vandaag brengen Milieudefensie en Both ENDS een rapport uit 'Bescherming voor klimaatvervuilers: Nederlandse investeringsverdragen als obstakel voor de energietransitie'. Het rapport concludeert onder andere dat de vijf grootste olie- en gasbedrijven in de wereld minimaal 140 brievenbusfirma's in Nederland hebben waarmee ze aanspraak kunnen maken op investeringsbescherming.
Nu het Verenigd Koninkrijk aankondigt te stoppen met exportsteun voor fossiele projecten, is er voor Nederland geen excuus meer om af te wachten. Dat vinden milieuorganisaties Both ENDS, Oil Change International en Milieudefensie. Dat is nodig voor de klimaatafspraken van het Parijsakkoord. Komende week stemt de Kamer over moties om een einde te maken aan de exportsteun voor winning, verwerking en transport van olie, gas en kolen.
Hoewel demissionair minister Kamp in mei dit jaar stelde dat fossiele brandstoffen in Nederland niet worden gesubsidieerd, ondersteunt Nederland de fossiele sector met ruim 7,6 miljard euro per jaar in binnen- en buitenland (1). Dat blijkt uit het vandaag uitgekomen rapport ‘Phase-Out 2020: Monitoring Europe’s fossil fuel subsidies’ van het Overseas Development Institute (ODI) en Climate Action Network Europe (CAN-Europe). Nederland heeft al in 2009 internationale afspraken gemaakt (2) om subsidies voor fossiele brandstoffen uit te bannen. Milieudefensie en Both ENDS, beide lid van CAN-Europe, vragen aandacht voor deze bevindingen omdat ze het onacceptabel vinden dat de overheid op deze manier de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen in stand houdt.